Tijdens een weekendje in het Ruhrgebied was ik diep onder de indruk van de enorme industriële gebouwen die er staan. De hele industrialisering van de 19eeeuw heeft natuurlijk een enorme boost gegeven aan onze economische vooruitgang.
Inmiddels weten we dat er ook zwarte kanten zijn aan de industrialisering. In de voormalige Villa Hügel van de grootindustrieel Krupp, die met zijn staalproductie ook in de oorlog een grote rol heeft gespeeld, wordt dit keurig samengevat.
Het begrip en de visie op arbeid, management en directie stond in het teken van groeien; van groter naar grootst. Met alle gevolgen van dien: vervuiling, uitputting van grondstoffen maar ook van landschappelijke ruimte en menselijk kapitaal. De bomen leken met gemak tot in de hemel te kunnen groeien.
De grootste steenkolenmijn ‘Zeche Zollverein’ was uniek in Europa. Niet alleen vanwege de omvang maar ook door de bijzondere Bauhaus architectuur. Het complex werd in 1986 gesloten en in 2001 uitgeroepen tot Unesco-werelderfgoed en geldt als een van de meest indrukwekkende industriële monumenten ter wereld.
Het staat inmiddels symbool voor een kijk terug in de tijd en het eind van een tijdperk.
Door het bereiken van de grenzen van de haperende economie en welvaartsgroei, worden we gedwongen anders te gaan denken over geld, inkomen en werk. Deze gedachte sluit mooi aan bij een workshop die ik kortgeleden bijwoonde van mijn gewaardeerde leermeester Joseph Kessels.
Met Tjip de Jong samen hebben ze het ‘denken in organisaties’onder de loep genomen en houden ze een pleidooi om ‘verder te kijken dan onze economische neus lang is’.
De andere visie op werk, organisaties, vooruitgang en groei vraagt van grote, maar natuurlijk ook van kleine organisaties een belangrijke rol. Als geen ander moeten zij vormgeven aan de transitie van het anders denken over aansturing via management, focus op winstvermeerdering en zekerheid van loondienst.
Het zijn vooral de jong professionals die deze vernieuwing al aan het vormgeven zijn. Als ‘oude’ organisatie is het dus van groot belang los te komen van de ‘zo doen we dat altijd al’ insteek en het bestaansrecht van de organisatie anders te gaan invullen.
Langzaam beginnen er al diverse trends zichtbaar te worden waarmee de huidige generatie van jong professionals opgroeit:
- Organisaties begrijpen het belang van het creëren van interessante werkplekken of het starten van een eigen onderneming naast de invulling van een functie
- In het onderwijs verandert het denken over het opleiden voor beroepen die straks niet meer bestaan
- Het is breed aanvaard en door aandeelhouders omarmt, om duurzaamheid hoog in het vaandel van de organisatie te zetten
De inspirerende insteek van de workshop was om te leren van het ‘Verlichtingsdenken’ van de 17een 18eeeuw.
De Verlichting zette mensen aan om zelfstandig na te denken, los van (religieuze) dogma’s en vrij van de ondergeschiktheid aan adel en geestelijkheid.
Een aantal kenmerken van het verlichte denken hebben als inspiratie gediend voor hun boek waarin ze drie hoofdvragen onderzoeken:
- Wat is er nodig om werk naast inkomen een betekenisvolle activiteit te maken?
- Wat is er nodig om van werk een duurzame investering te maken?
- Op welke manier kunnen organisaties daar invulling aan geven?
Met deze vragen wordt een eerste stap gezet naar het vormgeven aan de veranderingen van ‘anders doen met anders denken’ en naar het kritisch reflecteren op het huidige ‘zo doen we dat altijd’ denken.
Zelf lezen? Denken in organisaties. Pleidooi voor een nieuwe verlichting (De Jong & Kessels; Van Duuren Management, 2018)